In De doe-het-zelf-maatschappij vertelt Femke van Zeijl boeiende verhalen over Nigeria, stuk voor stuk nuchter, empatisch en vol humor. Op een vroege ochtend in Lagos, ziet Femke van Zeijl – gezeten aan haar schrijftafel – een waterreservoir rakelings langs haar raam naar beneden storten. Dit incident en vooral de nasleep ervan brengen direct aan het licht hoezeer het dagelijks leven in deze miljoenenstad verschilt van leven in de Nederlandse maatschappij. Terwijl Van Zeijl nog zit te bedenken welke gemeentelijke dienst ze moet bellen, hebben haar buren al minstens twee oplossingen bedacht en zijn ze aan de uitvoering begonnen.
De doe-het-zelf-maatschappij gaat over de vanzelfsprekendheid waarmee haar stadsgenoten hun eigen zaken regelen, een mentaliteit die hemelsbreed verschilt van die in de westerse verzorgingsmaatschappij. Het is het soort samenleving waarin het gros van de wereldbevolking moet zien te overleven. In Nigeria zijn burgers grotendeels op zichzelf aangewezen, en Van Zeijl illustreert in levendige schetsen wat dit betekent voor de mensen en voor haarzelf, in prachtige, onderzoekende antropologische verhalen, met liefde en humor opgetekend. Maar ze romantiseert niet.
Mensen in welvaartsstaten zouden heel wat kunnen leren van de manier waarop mensen in Lagos omgaan met tegenslag. Anderzijds zouden haar stadsgenoten ondanks hun uit nood geboren zelfredzaamheid stuk voor stuk tekenen voor meer sociale zekerheid, recht, onderwijs, zorg en een overheid waarop je kunt rekenen. De doe-het-zelf-maatschappij van Femke van Zeijl is een boek dat je laat relativeren en aan de andere kant doet beseffen hoe afhankelijk wij hier in het westen zijn.
‘Deze hommage aan de zelfredzaamheid van de bewoners van Lagos leest als een levensles voor ons allemaal.’ – Bram Vermeulen, journalist