De wereld is niet meer wat we dachten dat ze was. Gewend als wij waren aan de liberale democratie, en verwend door de belofte dat deze westerse regeringsvorm op termijn ook wereldwijd zou worden omarmd, worden we in toenemende mate geconfronteerd met tegenkrachten die de liberale wereldorde onder druk zetten. Met oplevend nationalisme binnen en buiten Europa, heftig opspelende identiteitspolitiek, ingrijpende geopolitieke en economische machtsverschuivingen, een bloedige oorlog in Oekraïne en ook nog eens grote demografische en ecologische transformaties in het vooruitzicht, kan niemand claimen de politieke wijsheid in pacht te hebben.
Tegen deze achtergrond stelt Arnold Heumakers in zijn spraak makende boek Langs de afgrond uit 2020 dat het zinnig is om de intellectuele critici en vijanden van de liberale democratie aan het woord te laten en serieus te nemen. Wellicht kunnen zij ons helpen de blinde vlekken van de liberale democratie en van het humanistisch wereldbeeld van de verlichting zichtbaar te maken. Grote problemen in een samenleving ontstaan juist daar waar geen ongemakkelijke vragen meer worden gesteld. Mede aan de hand van zogenoemde ‘foute denkers’ worden die ongemakkelijke vragen in deze bundel aan de orde gesteld. De auteurs van deze bundel delen een belangstelling voor wat buiten het blikveld van onze liberale orde valt. Het levert een prikkelend en leerzaam boek op onder redactie van Ad Verbrugge en Theo de Wit, met bijdragen van onder meer Arnon Grunberg, Gabriël van den Brink, Arnold Heumakers, Aukje van Rooden en Ger Groot.
Noot van de redactie: Erratum pag. 289 voetnoot.: 1 M. Heidegger, Wegmarken. Gesamtausgabe, Band 9. Frankfurt am Main: Klostermann, 1976, p. 103. 2 B. Latour, ‘Why Gaia is not a God of Totality’. Theory, Culture and Society, jg. 34 (2016), nr. 2-3, pp. 61-81. 3 T. Morton, Hyperobjects: Philosophy and Ecology after the End of the World. Minneapolis, MN/Londen: University of Minnesota Press, 2013. 4 J. Zwier & V. Blok, ‘Saving Earth: Encountering Heidegger’s Philosophy of Technology in the Anthropocene’. Techne, jg. 21 (2017), nr. 2-3, pp. 222-242. 5 Voor een algemene inleiding in het werk van Jünger verwijs ik naar A. Heumakers, Langs de afgrond. Het nut van foute denkers. Amsterdam: Boom, 2020. Voor een inleiding in Jüngers filosofische positie verwijs ik naar V. Blok, Ernst Jünger’s Philosophy of Technology: Heidegger and the Poetics of the Anthropocene. Londen: Routledge, 2017. 6 E. Jünger, Der Arbeiter. Herrschaft und Gestalt. Sämtliche Werke, Band 8. Stuttgart: Klett-Cotta, 1981, p. 98. 7 Idem, p. 158, 305. 8 Jüngers begrip van Erdvergeistigung kan dus niet in verband worden gebracht met een romantisch begrip van een spirituele natuur. 9 Pancomputationalisme is de gedachte dat alle fysieke systemen, of we het nu hebben over de aardbol, de mens als aardbewoner of broodroosters, het product zijn van een rekensom. 10 W. Steffen, P.J. Crutzen & J.R. McNeill, ‘The Anthropocene: Are Humans Now Overwhelming the Great Forces of Nature?’ Ambio, jg. 36 (2007), nr. 8, pp. 614-621. 11 P.J. Crutzen & C. Schwägerl, ’Living in the Anthropocene: Toward a New Global Ethos’. Yale Environment 360, 2011; https://e360.yale.edu/features/living_in_the_anthropocene_toward_a_ new_global_ethos (geraadpleegd 26 mei 2022). 12 C. Hamilton (2017). Defiant Earth: The Fate of Humans in the Anthropocene. Cambridge: Polity Press. 13 V. Blok, Van wereld naar aarde. Filosofische ecologie van een bedreigde planeet. Amsterdam: Boom, 2022. 14 Jüngers begrip van de perfectie van de techniek is diepgaand beïnvloed door het werk van zijn broer Fritz; zie F.G. Jünger, Die Perfektion der Technik. Frankfurt am Main: Klostermann, 1946. 15 Voor een verdere discussie hiervan verwijs ik naar V. Blok, ‘The ontology of technology beyond anthropocentrism and determinism: The role of technologies in the constitution of the (post) Anthropocene World’. Foundations of Science, 2022; https://doi.org/10.1007/s10699-022-09829-1. 16 We kunnen kritiek hebben op Jüngers associatie van perfectie en automatisering. Gilbert Simondon laat op overtuigende manier zien dat automatische machines een lagere graad van technische perfectie bereiken omdat het nog gesloten systemen zijn. Van echte perfectie is pas sprake bij open systemen, die adaptief zijn ten opzichte van nieuwe informatie. G. Simondon, On the Mode of Existence of Technical Objects. Washington: Univocal, 2017, p. 17. 17 Ik vermijd hier een referentie aan Jüngers begrip van de gestalte van de arbeider en houd alleen zijn begrip van de gestalte hier vast, aangezien ik niet denk dat de metafysische zin van mens en wereld in het antropoceen in de arbeid moet worden gezocht. De systematische bezinning op de metafysische zin van het antropoceen valt buiten het bestek van dit artikel; zie daarvoor V. Blok, Van wereld naar aarde. Filosofische ecologie van een bedreigde planeet. Amsterdam: Boom, 2022. 18 A. Tooze (2021), Shutdown. Londen: Penguin. 19 H. Marcuse, One-Dimensional Man: Studies in the Ideology of Advanced Industrial Society. Londen: Routledge, 2007. 20 E. Jünger, An der Zeitmauer. Sämtliche Werke, Band 8. Stuttgart: Klett-Cotta, 1981, pp. 296-297. 21 C. Hamilton, Defiant Earth: The Fate of Humans in the Anthropocene. Cambridge: Polity Press, 2017. 22 G. Gebauer & C. Wulf, Mimesis: Culture, Art, Society. Berkeley, CA: University of California Press, 1995. 23 P. Lacoue-Labarthe, Heidegger, Art and Politics. Oxford: Blackwell, 1990.