Ik ben geen autobiografisch schrijver, heeft Hugo Claus meer dan eens gezegd, maar vooral om te verbergen hoezeer hij voor zijn geschriften uit eigen ervaringen putte. Dat hij met Louis Seynaeve in zijn opus magnum Het verdriet van België een alter ego schiep, is bekend, maar dat boek staat niet alleen: in talloze van zijn romans, verhalen en toneelstukken gebruikte Claus autobiografisch materiaal als een opstap om zich de fictie in te lanceren.
Biograaf-at-work Mark Schaevers ging in Claus' immense oeuvre op zoek naar de verhalen waarin diens leven resoneert. Niet om het proza terug te brengen tot de realiteit, maar om het wonder van Claus beter te begrijpen. Met resultaat: de verkenning van Claus' leven via zijn verhalen heeft - bijna onvermijdelijk - een collectie superieure, vaak nog te onbekende verhalen opgeleverd, waaronder ook tot nog toe ongebundelde.