Een eenvoudige levensles

Onderstaande tekst is een aanvulling op de tekst van het achterblad van het vorige boek: "IN DEN BEGINNE",  dit staat nu als herhaling opgenomen in het boek: "EEN EENVOUDIGE LEVENSLES", achterin het boek.
De opdracht om het geestelijke levenspuzzelplaatje zichtbaar te maken is voltooid. Het belangrijkste onderdeel uit dit geestelijke levenspuzzelplaatje is de bewijsvoering van het bestaan van het goddelijke van de gehele kosmos.
De totale wereldbevolking moet over haar eigen schaduw heen springen naar de overtuiging dat het goddelijke bestaat, als men de jongste dag in deze periode nog wil realiseren.
De belangrijkste geestelijke opdracht voor de mensheid is het goddelijke gebod, de naasten lief te hebben als zichzelve. Als men hieraan voldoet, houdt men automatisch ook van het goddelijke, waarmee het belangrijkste en het grootste gebod uit de bijbel wordt opgevolgd.
Het houden van zichzelf valt onder de wet van de naastenliefde. Dit geldt voor een klein aantal mensen dat zichzelf minacht.
Het is verbijsterend dat de wereldbevolking de verkeerde geestelijke koers nog blijft volgen. Hierdoor ontneemt de wereldbevolking zichzelf de mogelijkheid om tot de jongste dag te komen in deze periode en moeten we straks wachten op een nieuwe oerknal. Dat betekent ook dat we de reeds opgebouwde negatief karma meenemen.
De kosmische wet die het Zika- en Chikungunyavirus heeft doen ontstaan zal, als voorbeeld mogelijk steeds zwaarder zijn geworden, waardoor de massa van de stoffelijke bevolking met kleine hoofdjes worden geboren.   
 Met uiteindelijk de komst van de jongste dag van het goddelijke van de gehele kosmos in de verre toekomst.