Basisverzen van het middenpad is een van de belangrijkste teksten uit de boeddhistische traditie. In dit werk ontwikkelt Nagarjuna de notie van leegte: het idee dat schijnbaar reële of objectief bestaande dingen en begrippen geen eigen, onvergankelijk bestaan hebben. In het licht van de leegte komt hij tot radicale herdefinities van centrale boeddhistische geloofswaarheden over onder meer de Boeddha en nirvana. Nagarjuna’s betoog vormt tevens een remedie tegen elke vorm van dogmatisch geloof. Daarmee zijn deze verzen niet alleen van belang voor belijdende boeddhisten, ze bezitten ook een verrassende relevantie voor discussies in de hedendaagse filosofie, met name de ethiek, metafysica en logica.
Deze nieuwe vertaling van Michiel Leezenberg doet recht aan zowel de religieuze inhoud als het filosofische karakter van de tekst. Ze is voorzien van een uitvoerig commentaar en een verklarende woordenlijst van de belangrijkste technische termen.
Nagarjuna (circa 150-circa 250) is een van de belangrijkste en invloedrijkste denkers van het filosofische boeddhisme. Latere stromingen, zoals het zenboeddhisme, zijn deels ontwikkeld in aansluiting of in reactie op zijn werk; en ook voor hedendaagse filosofen is zijn denken relevant.
Vertaler Michiel Leezenberg is filosoof en classicus. Hij is gespecialiseerd in niet-westerse filosofie en vertaalde eerder De deugdzame stad van Al-Farabi.