In 1974 won de toen 28-jarige R.A. Basart een aanmoedigingsprijs voor het manuscript van zijn eerste dichtbundel: Oranjebal. De jury (Gerrit Komrij, Mensje van Keulen, Bert Bakker en Guus Luijters) zag een grote belofte in hem, maar gevraagd naar zijn literaire aspiraties antwoordde Basart dat 'hij niet van plan was zijn leraarsbaan op te geven voor een carrière in de literatuur'.
Waarvan akte. Er verscheen een tweede bundel, De gezonde apotheek (1977), en een roman, De laatste lach (1997). Pas vorig jaar verscheen een nieuwe roman, De verzoening, die met lof werd overladen. En intussen dichtte Basart door. Gedichten vol weemoed en absurditeit, waarin het verhevene en het banale hand in hand gaan, en de sombere alledaagsheid vrolijk wordt bezongen, met hier en daar een ferme scheut venijn. Evenals zijn proza is Basarts poëzie moeilijk te categoriseren, maar als we toch een poging moeten doen, denken we aan Nijhoff en Eliot.
In Zingend naar huis is het beste bijeengebracht uit Oranjebal en De gezonde apotheek, aangevuld met een reeks fonkelnieuwe poëzie.
R.A. Basart is terug, en hoe.