Een tragikomische roman over ouder worden, vriendschap en afscheid nemen. De vijfenvijftig jarige Lotte heeft het gevoel dat ze haar woongroep aan het ontgroeien is en neemt in een vlaag van verstandsverbijstering het besluit zich in te schrijven voor 'De Zonnewende'. 'Samen met geestverwanten in een gezellige, kleinschalige woonomgeving.' Tijdens de ongevraagde rondleiding passeert Lotte een rolstoel. Ontzet herkent Lotte in het in elkaar gekrompen lichaam iets van wat ooit haar allerbeste vriendin was: de blonde stoot van de middelbare school. Lotte 'Hé, Simone,' zeg ik hees. Ik buk me en steek mijn hand uit. Ik krijg een uitgestoken linkerhand terug. De rechter ligt als een dood vogeltje in haar schoot. Simone Ik blijf naar de grond kijken. Schuifel met mijn voeten, zodat Kas snapt dat ik verder wil. Ik hoef geen hernieuwde contacten. Waarom rijdt hij niet door, verdomme. De auteur neemt de lezer mee in de intense belevingswereld van Lotte en Simone. Een wereld die haaks op elkaar staat. Simone is door een hersenbloeding gevangen in een beperkte en eenzame wereld. Lotte worstelt met het fenomeen ouder worden, sleur en aanverwante ongemakken. Ondanks haar weerstand tegen verval en ziekte, besluit Lotte, zij het met frisse tegenzin, om als mantelzorger voor Simone te gaan zorgen. '.. prachtig verhaal en uit het leven gegrepen. Meeslepend, puur , hilarisch.'