De Utrechtse schilder Pieter Christoffel Wonder (1780-1852) begon en eindigde zijn carrière in zijn geboorteplaats. Hij speelde een prominente rol in het Utrechtse culturele circuit en was medeoprichter en prominent lid van het tekengenootschap Kunstliefde. In 1823 vertrok Wonder op instigatie van Sir John Murray naar Londen, waar de kunstverzamelaar hem introduceerde bij de culturele elite. In deze periode ontstond Wonders mooiste werk, waaronder Het trappenhuis van de Londense woning van de schilder uit de collectie van het Centraal Museum. De rol die Wonder na zijn terugkeer speelde in het Utrechtse en zijn populariteit bij de Nederlandse en daarvoor bij de Engelse high society zijn tot op heden onderbelicht gebleven.
Deze rijk geïllustreerde publicatie bevat hoofdstukken geschreven door specialisten op het gebied van de negentiende-eeuwse Nederlandse schilderkunst, toegepaste kunst en mode. De publicatie verschijnt naar aanleiding van de tentoonstelling in het Centraal Museum. Met bijdragen van Reinier Baarsen, Ellinoor Bergvelt, Liesbeth M. Helmus, Annemieke Hoogenboom, Renée Louwers, Quirine van der Meer Mohr, Ruud Priem en Marieke de Winkel.