Bunuel over Bunuel

Luis Buñuel (1900-1983) is een van de belangrijkste filmmakers van de twintigste eeuw. Zijn eigenzinnige oeuvre, van de subversieve films Un chien andalou en L¿Âge d¿or via monumenten als Los olvidados en Viridiana tot het geraffineerde, Oscarwinnende Le charme discret de la bourgeoisie, is 25 jaar na zijn dood nog steeds verrassend en actueel.

Tussen 1975 en 1977 interviewden twee Mexicaanse schrijvers, Tomás Pérez Turrent en José de la Colina, Buñuel over alle 32 films uit zijn lange en rijke leven. Buñuel over Buñuel is een weergave van deze gesprekken. Buñuel had de reputatie dat hij niet graag werd ondervraagd over het hoe en het waarom van zijn werk, maar in deze gesprekken reageert hij op heldere en geestige wijze op de vele, soms vergezochte, interpretaties waartoe zijn films aanleiding hebben gegeven en toont hij meer dan ooit zichzelf, zijn werkwijze en zijn universum. Het boek is een welkome aanvulling op Buñuels bekende memoires Mijn laatste snik, waarin zijn filmoeuvre een ondergeschikte rol speelt.

De Nederlandse vertaling onderscheidt zich van alle andere edities door de grote hoeveelheid illustratief beeldmateriaal. De interviews gaan voorts vergezeld van informatieve en vaak verrassende toelichtingen. In een afsluitend gesprek kijkt Buñuels oudste zoon Juan Luis, zelf ook filmregisseur, 25 jaar na de dood van zijn vader terug op diens leven en werk. Speciaal voor deze uitgave schreef Willem Jan Otten een inleidend essay.


Over de auteurs:

Tomás Pérez Turrent (1937-2006) was een Mexicaans filmcriticus, scenarioschrijver en televisiemaker. Jarenlang schreef hij over film in het dagblad El Universal en diverse Mexicaanse en Franse vakbladen. Verschillende van zijn filmscenario¿s werden bekroond. Behalve over Luis Buñuel publiceerde Pérez Turrent boeken over onder meer Buster Keaton en Luis Alcoriza.

José de la Colina (1934) is een van origine Spaanse schrijver van korte verhalen en filmscenario¿s, die sinds zijn zevende in Mexico woont. Hij maakte radioprogramma¿s voor kinderen en was oprichter en redactielid van het filmtijdschrift Nuevo Cine, waar ook Pérez Turrent aan meewerkte. Daarnaast was De la Colina jarenlang hoofd van de culturele bijlage van het dagblad Novedades.

Gijs Mulder (1962) is hispanist en Buñuel-liefhebber. Hij is voornamelijk actief als universitair docent Spaanse taal en cultuur, vertaler en lexicograaf.

Willem Jan Otten (1951) is schrijver van poëzie, verhalend proza, toneel, kritieken en essays. Zijn werk werd meermaals bekroond. Eerder publiceerde hij over Buñuel in Het museum van licht, een bundel essays over film uit 1991.


'Als ik een film van Buñuel zie, moet ik telkens weer constateren dat ik niets van die man begrijp. Ik ken hem natuurlijk vrij goed en ik heb aardig wat scenario¿s met hem geschreven, maar keer op keer ontdek ik een nieuwe dimensie die niet in het scenario zat.¿
Jean-Claude Carrière

¿Niemand die geïnteresseerd is in het werk van Buñuel mag dit boek missen.¿
Variety

¿Unieke gesprekken waarin Buñuel opvallend eerlijk over het creatieve proces praat.¿ 
De Groene Amsterdammer

¿Het boek van Pérez Turrent en De la Colina is erg goed. Het is mijn favoriet.¿
Juan Luis Buñuel



Enkele citaten uit het boek:

¿Zonder verbeelding is de werkelijkheid maar de helft van de werkelijkheid.¿
 
¿Voordat ik met de opnames van een film begin, heb ik vaak al de montage van de shots in mijn hoofd.¿

¿Ik zou willen dat ik mijn dromen naar believen kon sturen... Dan zou ik nooit meer wakker worden.¿

¿Ik vind het idee van de amour fou, de alles verzengende liefde, nog steeds ontroerend.¿

¿Met mijn obsessies houd ik me niet zo bezig. Waarom groeit er gras in de tuin? Omdat die bemest is.¿

¿Het is soms verfrissend om te schelden op datgene waar je in gelooft.¿

¿De overdaad aan informatie is de pest van deze tijd. Vandaag de dag zijn terroristen nog beroemder dan filmsterren.¿

¿In het leven van insecten vind je alles terug waar Shakespeare en De Sade het over hebben.¿

¿Waarom moet eigenlijk alles een betekenis hebben?¿