Belcampo, pseudoniem van Herman Schönfeld Wichers (1902-1990), geldt als de meest fantasierijke schrijver van de Nederlandse literatuur. Zijn even originele als geestige verhalen maakten hem tot een van onze populairste auteurs.
Nico Keuning volgt Belcampo als notariszoon in het gelovige Rijssen, als tbc-patiënt in Renkum en Davos, als student in Amsterdam, op zijn zwerftochten in het buitenland en als schrijver en arts in Bathmen en Groningen. Uit zijn vele brieven komt Belcampo naar voren als een rasoptimist, vrijheidsaanbidder en levensgenieter. Uit zijn vertelkunst rijst het beeld van een visionair, die moeiteloos aan de haal gaat met filosofie, wetenschap en religie.
Groots en onbekommerd beschrijft het rijke, avontuurlijke leven van een schrijver, tekenaar, echtgenoot, vader en arts, die altijd in de breedste zin van het woord is blijven zwerven.