Wanneer Antonia als klein meisje toekijkt hoe een deurwaarder haar ouderlijk huis leeghaalt, besluit ze dat ze later een rijke vrouw wordt. Ze denkt na hoe ze zelf rijk kan worden maar haar zus Emma denkt dat ze daar niet slim genoeg voor is. Dan zit er maar één ding op: een rijke man trouwen. Met haar vriendinnen Sophia en Helene gaat de dan negentienjarige Antonia naar een liefdadigheidsdiner waar ze de rijke galeriehouder Egbert leert kennen. Hij droomt van een galerie in New York en wil dat Antonia meegaat. Ze is niet echt verliefd, maar hij is wel degene die haar de luxe kan geven waar ze zo naar verlangt. Dan ontmoet ze Paul. Hij is niet rijk, heeft geen grote ambities én een vriendin. Ze wordt smoorverliefd op hem en tegen beter weten in begint ze een affaire die al snel een onverwachte wending neemt. Als het noodlot toeslaat zijn het Sophia, haar vader Allard en Helene die haar te hulp schieten. Gaat het haar lukken om Paul te vergeten om zo samen met Egbert haar geluk te beproeven in New York? Na tweeëndertig jaar keert Antonia terug uit New York. Ze gaat op zoek naar haar moeder en zus. Als ze de drie dochters van Emma ontmoet komt ze tot een schokkende ontdekking.