De Heliand is een Oudsaksisch epos in stafrijm dat in 71 hoofdstukken over het leven van Jezus Christus vertelt, vanaf zijn geboorte tot en met zijn hemelvaart. De auteur heeft van de vier evangeliën een lopend verhaal gemaakt (een evangelieharmonie) en daarbij zijn eigen accenten gelegd door aanpassingen te maken en aanvullingen te geven. Daarmee ontstond een bijzonder kunstwerk. De Heliand volgt de inhoud van de vier evangeliën, maar de gebeurtenissen spelen zich af binnen de cultuur waarin de Saksen rond 800 leefden. Daarin was het paard een edel dier. De engelen verkondigen de geboorte van Jezus dan ook niet aan schaapherders, maar aan mannen die op de paarden passen. Ook wordt Jezus voorgesteld als een leenheer, die met zijn vazallen (de leerlingen) rondtrekt. Veel nadruk ligt dan ook op de grote trouw die de vazal aan zijn leenheer moet betonen. Meer wezenlijk is evenwel de blijde boodschap die de auteur wil brengen. De Heliand (‘helende, genezende’) geneest mensen van de meest ernstige ziektes, maar tegelijk is Hij een verlosser: wie zijn woorden doet, zal na het verlaten van deze middelgaard opstijgen naar de hemelse weide. De Heliand wordt internationaal beschouwd als een hoogstaand kunstwerk. Het verscheen in 1830 voor het eerst in druk. Er volgden veel uitgebreide wetenschappelijk studies van dit werk. Ook werd het vertaald in het Duits, Engels, Frans, Deens en het Nederlands. In 2012 volgden vertalingen in het Achterhoeks, Gronings, Twents en Münsterlands. In 2022 verschenen geannoteerde vertalingen in het Sallands en het Stellingwerfs. Dit boek is de tweede, uitvoerig geannoteerde vertaling in het Nederlands die, net als de Sallandse en Stellingwerver vertalingen, zo dicht mogelijk bij de Oudsaksische grondtekst blijft. Ook dit werk bevat een uitgebreid deel waarin de Heliand in zijn context wordt besproken.