Amir leidt in het geheim samen met twee geloofszusters die hij al vanaf zijn jongste jeugd kent, een financiële cel van IS; die middels inzamelacties geld inzamelt voor Nederlandse IS weduwen die verblijven in het Koerdische detentiekamp AL Roj. Als het geld eenmaal het kamp is binnengesmokkeld kunnen de vrouwen daarmee een smokkelaar regelen die hen naar de jihadistische Syrische save haven Idlib smokkelt. Als hij er op een dag er moet achterkomen dat Willem van Chartres een column over zijn cel heeft geschreven en hierbij de nodige bewijzen ervan laat zien, hoe alles nu precies te werk gaat. Zakt de grond letterlijk onder zijn voeten vandaan en lijkt hij de controle over zijn cel te verliezen. Hij zint nu maar op een ding, en dat is wraak nemen op Willem van Chartres.