Personen
Martin J. S. Van Schaik
NUR Codes (sub)
640 Kunst algemeen
Michaël Borremans
BISAC Codes
ART / General
De mens
In ‘Groeilichten’ vertelt de auteur zijn verhaal omtrent de diversiteit in examenklassen. Hij doet dit door karakterschetsen van individuele studenten in poëtische taal om te zetten. De stijl die hij kiest is gevat in een vorm van metaforen, metoniemen en homoniemen. Hij noemt het cryptokrabbels. Het zal voor menig oud-student teleurstellend zijn dat hij of zij niet meer kan herleiden om wie het gaat, wat er bedoeld wordt en welk leerjaar het betreft. Dat is ook de bedoeling van Van Schaik. Het is alleen aan de auteur aan wie de diverse beeldingen toebehoren. Derhalve is de inhoud een vorm van taalkunst, waarbij niet het taalpurisme of de literaire knipoog een hoofdrol speelt. De verinnerlijking van de observatie en de abstracte taal van het hart worden hier geïllustreerd. Het zijn woorden die een vermeende snelweg naar waarheid doen vermoeden maar een onverwachte sluipweg tonen. Van Schaik laat het brein van het hart spreken in woorden die je raken. Zo voert hij je langs bijzondere olifantenpaadjes om ‘t gehoor van het innerlijk te openen, zijn binnenkant te tonen en de lezer te brengen in een sfeer van concentratie, spanning en opperste verwarring.