De dertig gloriejaren na de Tweede Wereldoorlog, die manische periode van wederopbouw en economische boom, zijn bepalend geweest voor het België van vandaag. Het hele land ging op de schop. Nieuwe jobs, gewoontes en ideeën vervingen de oude. Aan het einde van die triomfantelijke decennia waren de Belgen rijker, vrijer en beter opgeleid dan ooit tevoren.
Dit was ook de tijd van de gastarbeid. Honderdduizenden mensen, afkomstig uit de gordel van landen rond de Middellandse Zee, trokken naar ons land om het nieuwe België mee gestalte te geven. De impact die ze daarmee gehad hebben op economisch, demografisch, cultureel en politiek gebied, is immens. In dit eerste deel van zijn grote geschiedenis van België als migratieland vertelt Tom Naegels het verhaal van die volksverhuizing in al zijn aspecten. Het start bij de bevrijding in 1944 en eindigt bij de verkiezing in 1978 van de eerste volksvertegenwoordiger van de nieuwe partij het Vlaams Blok.
De Europese eenmaking, de Koude Oorlog, de dekolonisaties en de machtsstrijd in het Midden-Oosten zijn de geopolitieke achtergrond waartegen dit relaas zich afspeelt. Het perspectief van de Belgische elite wisselt af met dat van de Italiaanse, Marokkaanse en Turkse. Maar het verhaal heeft ook oog voor de spanningen in de Vlaams-nationalistische beweging, voor de Waalse angst om politiek en economisch gemarginaliseerd te raken, voor de moeilijkheden waarvoor de scholen zich geplaatst zagen en voor het diplomatieke getouwtrek rond de stichting van de Grote Moskee. En het plaatst de ervaringen van de nieuwkomers naast die van de autochtone Belgen. Zo schetst dit boek een rijk en veelzijdig beeld van 'België in de wereld', dat de context en inzichten biedt om het land vandaag te begrijpen.