Personen
Jaap Evert Abrahamse
Reinout Rutte
NUR Codes (sub)
640 Kunst algemeen
Michaël Borremans
NB Na 23 augustus 2014 zal dit boek 69,50 kosten.
Nederland is een stedenland. In de loop van tien eeuwen ontstond een dicht patroon van kleine, grote, oude en nieuwe steden. Hoe is dat patroon ontstaan en hoe heeft het zich ontwikkeld? En waarom zien onze steden eruit zoals ze eruitzien?
In de middeleeuwen werden van Friesland tot Limburg en van Groningen tot Zeeland tientallen steden gebouwd, de meeste aan waterwegen. Toen de Republiek in de Gouden Eeuw uitgroeide tot een wereldmacht, vonden grote uitbreidingen plaats in Amsterdam, Leiden en Rotterdam. Na een periode van krimp in de 18de eeuw deed de industrialisatie vanaf 1850 een deel van de oude steden weer opbloeien. Dit leidde niet alleen tot enorme stadsuitbreidingen, maar ook tot nieuwe steden. Industriële centra als Tilburg en Hengelo en woonsteden als Apeldoorn en Hilversum ontstonden langs het nieuwe spoorwegnet. Onder regie van de rijksoverheid verrezen in de 20ste eeuw ook nieuwe steden, bijvoorbeeld Almere, Emmen en Zoetermeer. De naoorlogse welvaartsstaat zorgde ervoor dat snelwegen, woonwijken en bedrijventerreinen in hoog tempo werden uitgerold over Nederland.
Deze monumentale atlas brengt 1000 jaar stedenbouw in Nederland voor het eerst samenhangend in beeld. Aan de hand van foto's, schilderijen en nieuw getekende kaartreeksen worden groei en krimp van de Nederlandse steden inzichtelijk gemaakt. Ook worden enkele actuele thema's uitgelicht, waaronder herbestemming, wederopbouw en de ontwikkeling van binnensteden en stadsranden.