Geschiedenisonderwijs wordt in Nederland sinds enige tijd aangeboden in tien tijdvakken. De kern van de leerstof ligt vast in kenmerkende aspecten van elk tijdvak, bijvoorbeeld feodaliteit voor de vroege middeleeuwen of industrialisatie voor de negentiende eeuw. In totaal komen negenenveertig kenmerkende aspecten aan de orde. Samen vormen zij de oriënterende basiskennis voor de geschiedenislessen.
In dit boek worden alle kenmerkende aspecten, verdeeld over tien hoofdstukken één tijdvak per hoofdstuk voor de vakleraar op heldere en overzichtelijke wijze besproken. Daarnaast zijn er voorbeelden van gebeurtenissen, personen en documenten. Aan de hand daarvan kan een onderwerp worden ingeleid of toegelicht. Ten slotte worden bij elk onderwerp Vragen van betekenis geformuleerd: zaken die te denken geven en die een goed aanknopingspunt bieden voor een gesprek met leerlingen over de zin en betekenis van themas in de geschiedenis.
Met deze ingrediënten is dit boek een onmisbaar studieboek voor de toekomstige geschiedenisleraar en een handig naslagwerk voor de zittende leraar die zijn weg zoekt in het nieuwe lesprogramma.
Over de redactie
Marcel van Riessen is vakdidacticus geschiedenis aan de lerarenopleiding van de Universiteit van Amsterdam. Frits Rovers is hoofd van de mens- en maatschappijvakken aan de lerarenopleiding van de Hogeschool van Amsterdam. Arie Wilschut is hoofddocent geschiedenis aan de Hogeschool van Amsterdam en stafmedewerker van het Instituut voor Geschiedenisdidactiek.