Eugenius Quak is een man van twaalf ambachten en veel meer ongelukken, tot hij besluit privé-detective te worden. Zijn eerste cliënt is de schatrijke Lourens Rotting, eigenaar van Groot Beukenstein. Rotting wil dat Quak zijn vrouw Pippilotta schaduwt omdat zij hem zou bedriegen. In deze maffe, komische detective grijpt Eugenius Quak vooral de gelegenheid aan zoveel mogelijk aan zijn cliënt te verdienen...
Mijn naam is Eugenius M. Quak. Onthoud die naam als je nog niet van mijn spannende avonturen hebt gehoord. Je moet haast wel van een andere planeet komen als mijn naam geen bel doet rinkelen in dat suffe hoofd van jou. Wat zeg ik, je komt waarschijnlijk uit een ander melkwegstelsel, een ander universum! Want de kranten hebben bol gestaan van de vergrotende en overtreffende trappen, trappen op en trappen af, je zou er buiten adem van raken, allemaal om de Tragedie van Groot Beukenstein te beschrijven, het misdrijf dat ik op geniale wijze wist op te lossen.
Eugenius Quak beweert dat alles wat hij beschrijft, echt is gebeurd...
Met een voorwoord van hoofdinspecteur J.N.P. van Konijnenburg.