Narco

Sinaloa, Mexico, april 2009. De lichamen van twee undercoveragenten van de Mexicaanse inlichtingendienst worden langs de weg gevonden. Ernaast ligt een briefje: El Chapo zullen jullie nooit krijgen.

Het is het lot van de honderden die hebben geprobeerd om Joaquin El Chapo Guzman, de meest gezochte drugsbaron ter wereld, te pakken te krijgen. Zijn imperium is goed voor de productie van duizenden tonnen marihuana, cocaïne en heroïne die elk jaar de Verenigde Staten worden ingevoerd met behulp van vrachtwagens en vliegtuigen en via onderaardse gangen. Het heeft El Chapo tot een van de rijkste mensen ter wereld gemaakt. Voor de plaatselijke bevolking is hij een held, een moderne Robin Hood die financiële steun geeft aan kerken en scholen en ziekenhuizen heeft laten bouwen.
Er is tegenwoordig geen groter misdaadverhaal dan de Mexicaanse drugsoorlog en de jacht op El Chapo. Malcolm Beith volgde het spoor van diens leven en beschrijftde zware strijd om hem te pakken te krijgen. Narco vertelt het verhaal van de gewelddadige oorlog tussen de drugskartels, de corruptie van de staat en de Amerikaanse medeplichtigheid aan een conflict dat inmiddels meer slachtoffers heeft geëist dan de oorlog in Irak.