dit werk kent de volgende uitvoeringen
verschijningsdatum26/02/2026

‘Toch weer Bunschoten. Geweld tegen agenten, kindermishandeling, homo’s pesten door gemeenteambtenaren. In de Schilderswijk zijn ze beter ingeburgerd,’ twitterde politiek verslaggever Wouke van Scherrenburg nadat tweelingdorp Bunschoten-Spakenburg een paar jaar geleden de landelijke kranten weer eens haalde. En al in 1932 schreef de Nieuwe Utrechtsche Courant over Spakenburg: ‘Het dorp van messen en haat!’
Media hebben dat gekke dubbeldorp aan de voormalige boorden van de Zuiderzee nooit kunnen plaatsen. Spakenburgers zouden allemaal strenggelovig zijn, en messentrekkers, opvliegende vissers en hooligans. Ze snuiven volgens velen onversneden coke en zwemmen niet op zondag. Maar stunten IJsselmeervogels (‘de Rooien’) en Spakenburg (‘de Blauwen’) door als amateurclub door te dringen tot de halve finale van de knvb-beker, dan worden Spakenburgers plots omschreven als karaktervoetballers, ondernemers, oersterk, veerkrachtig en gul. Eén voor allen, allen voor één. Dat hebben de Duitsers in de oorlog ook al ontdekt!
Een mediastorm die waait over Bunschoten-Spakenburg is óf azijnzuur óf mierzoet. Journalist Sjaak van de Groep, een rasechte Spakenburger, ergert zich er al jaren aan zoals alleen een Spakenburger dat kan doen: met stemverheffing en scheldend. Is er ook een middenweg, vraagt hij zich af, of zeggen deze twee extremen echt iets over de Spakenburger? Van de Groep onderzoekt in Spakenburg gefileerd de mythes over zijn dorpsgenoten. Wat is er waar van de verhalen die rondzingen over Spakenburg? Hij neemt zijn vlijmscherpe bottermes in de hand, fileert zijn dubbeldorp en laat zien: Spakenburg, zo is het.