‘Als je een staat met fascistische neigingen moet dienen, dan kun je beter gelijk stoppen en in het verzet gaan.’ Dit advies kreeg Jan Struijs te horen toen hij in 1981 als jonge politieagent aan het ziekbed zat van zijn opa – een eigenzinnige zeeman, avonturier, vakbondsman en charmeur die altijd zijn grote voorbeeld en inspiratiebron was geweest. Hij besefte dat hij maar weinig wist van deze mysterieuze man die in oorlogstijd zeven jaar lang vermist was geweest in Indonesië en nog steeds last had van nachtmerries.
Na zijn afscheid bij de politie ging Struijs als een ware rechercheur op onderzoek uit. Hij doorbrak de zwijgcultuur in zijn familie en ontrafelde een web van intrigerende gebeurtenissen: verzet tegen de Duitse bezetting, een scheepsopstand met dodelijke afloop, een politiek schandaal en een doofpotaffaire, moord en marteling in de Jappenkampen. Hij reisde ook naar Indonesië en ontmoette daar de geheime zoon van zijn opa, wiens bestaan langdurig was doodgezwegen door de familie.
Struijs beschrijft zijn zoektocht als een true crime story en daarbij trekt hij veelvuldig parallellen met zijn eigen leven en werk. Als voorzitter van de Nederlandse Politiebond is hij, geheel in de geest van zijn opa, altijd kritisch geweest over gezagsdragers en de overheid. Hij spreekt nooit met meel in de mond en juist daarom is hij in staat om mensen te verbinden in tijden van polarisatie.
‘Laat het verleden nooit met rust als het over onrecht gaat.’
– Jan Struijs
‘Ik verwacht dat dit boek een absolute bestseller gaat worden.’
– John van den Heuvel, misdaadjournalist
Bij het omslagbeeld:
‘Ik keek naar een uit hout gesneden hoofd dat altijd naast de stoel van mijn opa stond. Het was prachtig gemaakt en betrof een glimlachende, sterk vermagerde Indische man. En toen hoorde ik mijn opa zeggen: “Dat beeld is voor mij gemaakt in Indonesië. Ik hou van Indische kunst. Zo mager was ik ook toen ik werd bevrijd. Deze man lacht door zijn pijn heen.”
Het houten hoofd staat nu bij mij in mijn werkkamer en staart me doorlopend aan met die bijzondere lach. Het geeft me een spiritueel gevoel van kracht om onder allerlei omstandigheden door te zetten en te overleven.’
– Jan Struijs
‘Het familiegeheim lag zo gevoelig dat de oudere generatie er jarenlang niet over heeft willen praten. En de overheid ook niet.’
– Liselotte Struijs, dochter
‘Jan Struijs is iemand naar wiens verhalen ik altijd ademloos luister. Ik hang aan zijn lippen.’
– Marianne van den Anker, Ombudsman van Rotterdam
‘De grootvader van Jan Struijs was een buitengewoon eigenzinnige man die er enorm op tegen was dat hij bij de politie ging werken. Nou, dat past wel bij Jan, want die is minstens zo eigenzinnig. Dus ik ben wel verdomd benieuwd naar dat boek. Ik ga het lezen.’
– Job Cohen, voormalig PvdA-politicus
‘Dit boek staat vol met heldenverhalen. Verhalen over goed en kwaad, spannende avonturen en adviezen over hoe te leven.’
– Dilan Yeşilgöz, fractievoorzitter vvd