Personen
J.J. Voskuil
NUR Codes (sub)
320 Literaire non-fictie algemeen
Chasing Black Gold
Brieven van H. N. Werkman 1940-1945
Het Frankrijk van de Tour & de Tour van Utrecht
Collega's van God
In Uitzicht op geluk biedt J.J. Voskuil een onbekende kant van zichzelf. Centraal in het boek staat de verhouding tot zijn naaste familie, als zijn vader stervende is en het huwelijk van zijn jongste broer op klappen staat. Waar in zijn andere boeken zijn familie grotendeels buiten beeld blijft, zoomt Voskuil hier genadeloos in op zijn vader, broers en schoonzusters in verhouding tot hem en Lousje. Met grote precisie portretteert hij een familie die de centrifugale krachten niet meer de baas is. Daardoor krijgt het boek bij vlagen trekken van een dynastiek epos waarin de tragiek voortdurend om de hoek wacht. Het doet daardoor denken aan Buddenbrooks van Thomas Mann. Daar doorheen spelen de verlammende beroerte die Piet Meertens treft en vertrouwde thema's zoals Voskuils onmacht bij het leed van anderen, de dagenlange conflicten met Lousje, de verpieterende vriendschappen, de Bureau-ergernissen en zijn onvrede over de ontoereikendheid van zijn schrijven. Van de weeromstuit hunkert hij naar een overzichtelijk burgermansbestaan zonder verandering, een leven alleen waarin hij met rust wordt gelaten. Maar met zijn karakter en met Lousje aan zijn zijde zit dat er niet in. Uitgebreid beschrijft Voskuil hoe hij zich in de wc aan de stortbak gaat ophangen, een plan waar hij op het laatst om praktische redenen van afziet. Toch zijn er voor hem momenten van voldoening en van, wat hij noemt, uitzicht op geluk, meestal onverwacht en in kleine dingen. Vooral tijdens de lange fietstochten en wandelingen door het Nederland van midden jaren zeventig herademt hij, de geregistreerde natuurvernietiging ten spijt.