Efrem de Syriër (306-373) is een gevierde Kerkvader, die niet zonder reden “de citer van de Heilige Geest” wordt genoemd. Als begenadigd dichter weet hij, tot op de dag van vandaag, de voor de wereldse mens ondoorgrondelijke diepten en onbereikbare hoogten van het beleven van het Orthodoxe geloof op ongeëvenaarde wijze te beschrijven. Ook als leraar verwierf hij naam en faam en werd hij over de gehele Christelijke wereld bekend. In enkele kerken werden zijn geschriften gelezen na de Heilige Schrift. In zijn homilie ‘Aan de leugenprofeten’ vlecht de heilige Johannes Chrysostomos, als hij het over de heilige Efrem heeft, zijn lofrede door de veelheid op te sommen van de geestesgaven die Efrem van God ontvangen heeft: “Waar is de beroemde Efrem, de troost der wanhopigen, de opvoeding van de jeugd, de leiding der boetvaardigen, het zwaard tegen de ketters, het vat van de Geest?” De heilige Efrem de Syriër is bij uitstek de leraar van vermorzeling en berouw. Daarom overigens leidt zijn woord tot vermorzeling, brengt het hart tot rouwmoedigheid en voert tot berouw en tranen. Dit boek is het eerste deel uit de reeks “Heilige Efrem de Syriër - Werken”, die de geschriften van deze Kerkvader bundelt. Dank zij de vlotte en duidelijke vertaling van Monachina Theodora Portaïtissida zijn de teksten voor elke lezer toegankelijk.