Coda

Coda is het verhaal van Eduard Goldberg, die als 24-jarige alsnog zijn jeugddroom om dirigent te worden, wil verwezenlijken. Dankzij de onverwachte voorspraak van artistiek directeur Vera komt hij terecht op het conservatorium in Rotterdam. Hij mag er het voorbereidende jaar volgen, waarna hij een toelatingsexamen moet doen om officieel als leerling te worden aangenomen.
In dit eerste jaar loopt hij hard tegen zichzelf en de realiteit aan. Niet alleen stuit hij op zijn eigen beperkingen en gebreken, ook de school, de leerlingen en de docenten staan haaks op zijn verwachtingen. Vera, die hij als zijn reddende engel beschouwt en op afstand in stilte adoreert, kijkt niet naar hem om. Naarmate het jaar vordert, verliest hij zich steeds vaker in overmatig drankgebruik. 
In Coda beschrijft Eduard zijn laatste week op het conservatorium. Opstandigheid, zelfoverschatting en ongeloof wisselen elkaar af in een strijd die hij vooral met zichzelf voert. Zich verzettend tegen het voortwoekerende inzicht dat hij als sociaal onhandige individualist ongeschikt is voor het dirigentschap, stevent hij eenzaam af op een onontkoombaar, dramatisch einde.