'Een kind droomt. Ondergaat de wereld zoals die is. Wordt groot. Droomt nog. De wereld aan je voeten. Kansen te over. Men vraagt niet naar pijn. Verliezen te lijden en moeilijke dingen mee te maken. Men hoopt zo. Verlangt het eigen huis met de boom en het beestje. Een goede partner en misschien een gezin. En nooit te verliezen. Nergens van te scheiden. Men droomt dat men de wereld wint. Tot de breekbaarheid van de aarde aan het licht komt. Vroeger. Later. Memento mori. We delen allen in de gebrokenheid. En die heeft niet het laatste woord.'