Personen
Eddy Veerman
Rimke de Groot
NUR Codes (sub)
400 Non-fictie Vrije tijd/algemeen
Het groene goud
Rooverworld introductieboek 2009-2012
Kun je een wc-rol stelen?
"Ik had het kunnen bedenken", zegt Martin Veerman, als hij - zelf gediagnosticeerd - bekend raakt met de campagne. "Hard, maar kennelijk noodzakelijk." Zelfspot is hem niet vreemd, zowel voor als na de diagnose. Eerst is er de schok en de angst. "Ik heb alleen een trilling in m'n armen. Het lijkt alsof ik over een ander praat, maar ik ben het, die tussen nu en vijf jaar doodgaat..." Drie letters: ALS. Als je het hebt, is er geen ontkomen aan. Een ziekte die sloopt. Je bent kansloos, omdat er geen medicijn bestaat. Juist om medisch onderzoek te bekostigen lanceert de Stichting ALS Nederland in 2011 een confronterende campagne. 'Ik ben inmiddels overleden' en 'ALS u dit leest/ziet, ben ik er niet meer', luidt in beeld en geluid de indringende boodschap van diverse landgenoten. Voor het verhaal achter een gezicht van de campagnes volgt auteur en dorpsgenoot Eddy Veerman Martin en zijn gezin drie jaar: thuis, onderweg, in het ziekenhuis, richting en op zijn sterfbed. Iedereen verwacht dat hij, de doemdenker, zich in het moeras laat zakken, maar juist nu hij zeker weet dat het leven eindig is, wordt Martin vrij in zijn hoofd. Het onvermijdelijke blijft. Eerst zwijgen de drumstokken van de voormalig drummer van onder meer de 3JS en vervolgens ook de stem. Hij draagt het als man, verlegt zijn grenzen verder dan hij voor mogelijk houdt. Hoe pijnlijk het afhankelijk zijn soms ook voelt, als je vrouw je moet voeren en je zoons je bijvoorbeeld moeten helpen bij het plassen en scheren. Mensonterend: voor patient en voor het gezin. De humor drijft hem voort. Hilarisch is zijn laatste wens op tv bij Man bijt hond: wakker worden naast een Surinaamse billenpartij. Twee weken voor zijn dood is de verzorgster die Martin 's avonds instopt een invalster: een Surinaamse, Esme. Op de rand van het bed zingt ze Ik krijg een heel apart gevoel van binnen, van Corry Konings. "Nu kan je nacht niet meer stuk", lacht ze. Martin kan niet praten, heeft de kracht niet om te vertellen dat Konings ooit een door hem voor haar geschreven liedje opnam. Maar hij glundert.