Kim heeft een hekel aan macaroni gekregen. Ze zou zo graag weer eens een lekkere maaltijd willen eten, maar sinds haar moeder haar baan is kwijtgeraakt, moeten ze de eindjes aan elkaar knopen. Ondanks het feit dat ze thuis financiële problemen hebben, zou Kim niet willen ruilen met haar vriendin Lilly. Zij heeft rijke ouders, maar de dood van haar broer hangt als een grauwsluier over de familie. Eerst weigert Kim alle hulp van anderen, maar langzamerhand zet ze haar schaamte opzij. Als ze doorheeft dat haar moeder de geldproblemen niet zelf kan oplossen, besluit Kim in actie te komen. Maar hierbij gaat ze misschien wel te ver Een indringende jeugdroman over stille armoede. Na schooltijd loopt Kim met Lilly naar het fietsenrek. Er zijn altijd mensen die te laat betalen voor zon schoolreisje, zegt Lilly. Dat begrijp ik niet. Kim slikt. Ik heb niet betaald, zegt ze zachtjes. Waarom niet? Lilly blijft staan. Ik heb helemaal geen zin om mee te gaan. Doe normaal. Ik meen het. Ik heb geen zin om uren in de rij te staan om twee minuten in een attractie te zitten. Vorig jaar vond je de Vliegende Hollander hartstikke leuk. Ja, nu weet ik hoe hij gaat. Geweldig! Maar het is het me niet waard om anderhalf uur te wachten. En ook niet voor de Python en zo. Ik wil gewoon niet. Je bent gek. Nee, ik probeer alleen maar een smoesje te verzinnen, denkt Kim. Alles kost geld en wij hebben niet genoeg.