Personen
Jan Boonstra
NUR Codes (sub)
500 Reizen algemeen
BE XL
WK Taalgids set van 40 ex.
In De Brommer met bami volgen we Jan Boonstra op een rondreis door de drie bekendste Indonesische eilanden: Sumatra, Java en Bali. We maken er kennis met de ‘adat’: de aloude, maar ondanks kerstening en islamisering nog steeds geldende, overlevering van leefregels ten aanzien van de maatschappij, je familie – en niet te vergeten je reeds overleden voorouders. Met de schrijver lopen we door de straten van Bukittinggi – alwaar een docent Engels op onverantwoorde wijze zijn ambacht verloochent; door Bandung – waar kroketten, bokkenpoten en pindarotsjes herinneren aan lang vervlogen tijden; en door Yogyakarta – waar het onmogelijk blijkt een vriendelijke, desondanks opdringerige, neef kwijt te raken. Ook krijgen we eindelijk te zien hoe de evenaar er precies uitziet, en staan we bij zonsondergang op de rand van Java’s beroemdste vulkaan. We belanden op een bruiloft, op een besnijdenisfeest en tussen een paar honderd mensen die het feest van een massacrematie aan het voorbereiden zijn. Pas op een van de laatste dagen van de reis komen we te weten hoe we hadden geheten als we op het hindoeïstische Bali waren geboren. De brommer met bami is een eerste kennismaking van de schrijver met wat wel ‘De Indische Archipel’ wordt genoemd. Echter, Jan Boonstra eindigt zijn verhaal met de constatering dat zijn eerste bezoek aan de regio zeker een vervolg gaat krijgen.