Een literaire bewerking van een verhaal van liefde en trouw. Anna is afkomstig uit Oost-Drenthe. Voor de oorlog is er extreme armoede. Velen worden door de Nederlandse regering gedwongen om in Duitsland te werken. Meisjes gaan naar het westen van Nederland om als dienstmeisje bij te dragen aan het levensonderhoud. Ondanks ernstige ziekte en geldproblemen kan zij toch een middelbare schoolopleiding volgen. Om zich te ontworstelen aan de armoede gaat Anna naar Amsterdam en de Zaanstreek om uiteindelijk in oorlogstijd de verpleegstersopleiding in Amsterdam te voltooien. Zij raakt verliefd op Sjoerd, die voor de Arbeitseinsatz al in 1941 door ronseling via de Organization Todt naar Duitsland gaat. Uit liefde is Anna hem in 1943 gevolgd en heeft toen bij een huisarts bij Berlijn gewerkt. Als de Duitse nederlaag dreigt, komt Anna alleen terug. Maandenlang kent zij het lot van Sjoerd niet. De streek waar Sjoerd verblijft, is het gebied waar de bloedige “Slag om Berlijn” woedt. Sjoerd overleeft deze slag en komt via Frankrijk terug. Meerdere maanden kan hij de grote rivieren niet over. Uiteindelijk hebben Anna en Sjoerd het levenspad tot de dood van Sjoerd vervolgd.